Bij aankomst in Denia, hangen de wolken laag boven de berg Montgó. Het ziet er onheilspellend uit, maar de regen blijft uit. In tegendeel: het wordt zonnig en broeiend heet in de haven.
Een hele hippe haven overigens, met een witte lounge-bar op het water, een verhuurbedrijf voor motorboten, waterscooters, zeilbootuitstapjes, verschillende restaurants en bars, een discotheek die veel te laat lawaai maakt en (zoals in vele costa-blanca havens) een ‘Ale-hop’ winkel die open is van 10u ‘s morgens tot 1 uur ‘s nachts!
Maar de stad zelf heeft meer te bieden. Het kasteel/burcht staat op de heuvel nét voor de haven. Daar kunnen we dus te voet naartoe. Het heeft door de jaren heen een Iberisch, Romeins, islamitisch en christelijk tijdperk gekend. Sinds 1947 is het gebouw stadseigendom en worden er verschillende verbouwingen ondernomen, zoals het planten van bomen door het hele pand en het herstellen van de Toren van de Consell of Portaal van de Vila.
In de jaren 60 en 70, met de opkomst van het toerisme, wordt een toegangsweg naar het bovenste deel aangelegd, waarbij een deel van de muren wordt afgebroken en archeologische overblijfselen van de Vila Vella het daglicht zagen.
Dénia is ook bekend om zijn mooie kust. We fietsen langs de kliffen. Hier en daar kan je aan het water, tussen de rotsen zwemmen en zonnebaden. We zien hier veel snorkelaars. Jammer dat we onze waterschoenen en snorkel-materiaal niet bij hebben, er moet hier toch veel te zien zijn onder water. Dan maar naar een gewoon strand 🤷🏼♀️. Het zeegras is hier wel een spelbreker. Om een duik in de zee te nemen, moet je eerst een strook aangespoeld dood zeegras passeren. Niet echt aangenaam. Wat verderop zijn de standen wel proper, maar daar zit er evenveel volk als dat er hier zeegrassen zijn…
Comments